Baby of dreumes
Helaas bestaat de handleiding ‘Wat hoort mijn kind te kunnen” niet. Je voelt je als ouder behoorlijk onzeker als je op het consultatiebureau, op het Kinderdagverblijf of de Peuterspeelzaal erop wordt gewezen dat de ontwikkeling van jouw kind niet naar wens verloopt.
Onze kinderoefentherapeuten hebben kennis over wat hoort en past bij de motorische ontwikkeling en mijlpalen van baby’s, peuters en kleuters. Op grond van eenvoudige observaties en kleine signalen kunnen wij zien wat er aan de hand is. Vervolgens helpen en begeleiden wij kinderen en ouders. In de meeste gevallen zijn achterstanden met enig advies en hulp zo in te lopen. Zie hier hoe we werken.
Een overzicht van signalen die worden opgemerkt:
Bij baby’s
- Passief en ontwikkelt zich trager dan leeftijdsgenootjes
- Onrustig en huilt veel, is overprikkeld
- Slaapt slecht
- Overstrekking en hoge spierspanning
- Een sterke voorkeur voor een bepaalde houding
(eventueel in combinatie met schedelafplatting en eenzijdig bewegen) - Later dan andere baby’s met rollen, zitten, grijpen, gaan staan, etc.
- In plaats van te kruipen is er sprake van billenschuiven
- Weinig onderzoekend, gaat niet op ontdekking of probeert niet uit
Bij peuters
Bij peuters is er meer vergelijk met leeftijdsgenoten op de Kinderopvang of Peuterspeelzaal. Maar ook op deze leeftijd is het voor ouders lastig om te beoordelen of kinderen zich volgens de “norm” ontwikkelen of niet. Misschien zijn de volgende signalen zichtbaar:
- Valt vaak of heeft moeite met klimmen, klauteren of rennen
- Vangt zich niet op wanneer het valt of valt regelmatig op z’n hoofd
- Weinig initiatiefrijk en weinig ontdekkend
- Beweegt zich angstig, onzeker of is gespannen en overprikkeld
- Extreem beweeglijk en druk of juist (te) rustig
- Slaapt slecht